Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Nu dan, [6]roep nu uit voor de oren des volks, zeggende: [7]Wie blode en [8]versaagd is, die kere weder, en [9]spoede zich [10]naar het gebergte van Gilead! Toen keerden uit het volk weder twee en twintig duizend, dat er tien duizend overbleven. 6. Dat is, laat uitroepen en zeggen. 7. Vergelijk Deut.20:8. 8. Of, bevende, sidderende, vervaard. 9. Of, vliege heen, verpakke zich dezen morgen, of vroeg. Het Hebreeuwse woord schijnt te zien op het snel vliegen der vogeltjes, en alzo voorts te betekenen: haastelijk, spoediglijk doorgaan, enz. 10. Hebreeuws, van, of tegen het gebergte Gileads; dat is, langs den weg, die naar en van dat gebergte gaat; zijnde dit gebergte gelegen recht tegenover Gideons leger, over de Jordaan, vanwaar die van den halven stam van Manasse tot hem gekomen waren. Zie boven, hfdst.6 vs.35.